Het nieuwe sociale speeltje Pinterest: vooral voor de consumentenmarkt

Ik ben geen grote fan van Facebook. Ik weet het, het lijkt op heiligschennis om dat te beweren op het moment dat het aantal gebruikers de 850 miljoen nadert. Ik vind het concept geweldig, en volgens mij is Facebook (naast Google en Apple) een van de innovatiefste bedrijven van het afgelopen decennium. Ik kan alleen niet wennen aan die gebruikersinterface. Hoe ik ook mijn best doe, het lukt me niet om de pagina's zo in te delen dat ik er gemakkelijk op kan terugvinden wat ik wil.

Er is nu een nieuw sociaal speeltje op de markt gekomen, Pinterest, een van de snelste groeiers in de wereld van de sociale netwerken. Vanwege de nauwe band met Facebook was ik in eerste instantie een beetje sceptisch. 

Een paar maanden terug kreeg ik een uitnodiging om een kijkje te nemen, en ik heb er inmiddels een account aangemaakt. Ik had even wat tijd nodig voordat ik er mijn weg vond – mijn eerste indruk was dat de site eigenlijk diende als een grote etalage voor stijlbewuste mensen – van het vrouwelijk geslacht vooral. Veel mode, lifestyle, decoratie en dergelijke.

Vernieuwend aan Pinterest vond ik wel de nadruk op het beeld. Je geeft je voorkeuren te kennen door je eigen profiel op te bouwen met behulp van afbeeldingen. En dat biedt ook ingangen voor ondernemingen die hun commerciële communicatie met Pinterest willen verbeteren; en voor journalisten die op zoek zijn naar nieuwe manieren om hun publiek te bereiken.

Ik heb nog geen Nederlandse kranten met een eigen aanwezigheid op Pinterest opgemerkt, maar MediaBistro presenteerde vorige week een mooi overzicht van Amerikaanse kranten. Een paar springen eruit: de Wall Street Journal heeft een stuk of twintig verschillende categorieën ingericht, waarvan ik de Quotes sectie het mooiste vind. Een handige manier om je publiek attent te maken op bijzondere citaten in je krant. En ook de Guardian heeft iets moois van zijn pagina gemaakt: opvallende beelden bij opvallende verhalen worden gepresenteerd onder de noemer 'On our radar'.

Pinterest is niet heel geschikt voor diepgaande interactie tussen redacties en hun publiek. Maar het lijkt me wel een heel geschikt medium om ankeilers  te presenteren voor je nieuwe producties – alleen als die ankeilers visueel aantrekkelijk neergezet kunnen worden natuurlijk. En vanwege de nauwe band die er met Facebook onderhouden kan worden, is het ook een eitje om een inhoudelijke wisselwerking te realiseren tussen Facebook en Pinterest. 

Maar toch, eerlijk gezegd: als een journalistieke organisatie met zijn beperkte middelen moet kiezen welke sociale media worden ingezet, zou Pinterest niet hoog op mijn lijstje staan – en in ieder geval onder Facebook terecht komen.

Anders ligt dat voor 'gewone' bedrijven. Die zouden op dit moment nog voor Facebook moeten kiezen vanwege de grotere penetratie in vrijwel alle markten. Maar als Pinterest werkelijk aanslaat, kan de unieke wijze van presenteren wel degelijk een grote plus zijn voor ondernemingen – en dan vooral die ondernemingen die zich op de consumentenmarkt begeven. B2B – nee, dat zie ik niet gebeuren.

Een uitgeefstrategie voor 4500 miljard foto’s

Tien procent van alle foto's die ooit zijn gemaakt, dateert van het afgelopen jaar. 1000memories.com doet in dezelfde blogpost een schatting van het totaal aantal foto's dat sinds de uitvinding van de fotografie ooit zijn gemaakt: 4500 miljard. Vorig jaar zijn er dus 450 miljard foto's bijgekomen.

Even los van de vraag hoe betrouwbaar de berekeningen van 1000memories zijn, lijkt het me evident dat we met ons allen veel meer aan het fotograferen zijn. Zo'n beetje elke mobiele telefoon heeft een ingebouwde camera, en omdat we ons mobiel altijd bij ons dragen, kunnen we veel gemakkelijker onze snapshots online plaatsen. En dat doen we massaal. Elk feestje, etentje, uitje, visite wordt visueel gedocumenteerd en getagd op Facebook; en er komt een steeds verfijndere set van tools beschikbaar om onze foto's te catalogiseren, te bewerken en met de wereld te delen. Startups als Instagram en Pinterest groeien sneller dan Facebook en Twitter in hun beginjaren.

Anthony Young had er bij AdAge dit over te zeggen:

At Mindshare we're seeing a consumer movement toward a more visual culture brought on by technology and media. Smarter devices are prompting more occasions for people to create and consume visual content, while social media is encouraging that content to be shared on multiple platforms.

De vraag is wat die meer visueel ingestelde cultuur betekent voor de journalistiek. Voor mijn gevoel loopt de mainstream journalistiek achter – er worden teksten geproduceerd, en filmpjes gemaakt, en radio houdt zijn plek natuurlijk – maar het vertellen van het journalistieke verhaal met behulp van beelden blijft achter. David McCandless laat in deze TED-toespraak prachtig zien hoeveel we daarmee missen.

Datavisualisatie is moeilijk en doet een beroep op capaciteiten die op journalistieke opleidingen niet of nauwelijks worden onderwezen. Het gaat daarbij om

  • de verzameling van relevante data
  • de analyse en het leggen van verbanden
  • de presentatie in een visueel overtuigende vorm

Marketeers beginnen deze boodschap wel te begrijpen. Zij zijn druk aan het nadenken hoe ze actiever kunnen inspringen op het 'foto-fanatisme' in onze cultuur. Ze vragen zich af hoe ze het beeldmateriaal effectief moeten inzetten om een groter publiek te bereiken en hoe ze dat meer aan zich kunnen binden. Dat lijken me vragen die ook uitgevers en makers van journalistieke content zich ter harte moeten nemen.