Nieuwe column op de Volkskrant-site gaat over long-form journalistiek. Centrale lijn in het betoog: Twitter en andere sociale media worden steeds meer gebruikt op een manier waarvoor ze eigenlijk niet bedoeld zijn. Status-updates nemen de plaats in van het verhaal; het mooie, lange, goed doorwrochte en onderbouwde verhaal verliest terrein. Jammer.
Voelde me aangesproken door een oproep van een programmeur, Chris Shiflett, om van maart een internationale blogmaand te maken. Het werd opgepakt door Matthew Weier O’Phinney, de hoofdarchitect van het Zend Framework, die op zijn blog meldt hoe hij een lange discussie voerde, op Twitter, over een of ander softwareprobleem. De oplossing waar ze na verloop van tijd op kwamen, verdween natuurlijk als een razende het stenen Twittertijdperk in, de onpeilbare diepten van de tijdlijn. Wat betekent: zo goed als onvindbaar. Had ik er maar een blog van gemaakt, verzucht-ie; dan had het door meer mensen gevonden en gelezen kunnen worden.
Dit hele betoog sluit mooi aan bij een onderwerp waar ik het al langer over wilde hebben naar aanleiding van een stuk van begin februari in Business Week. Technologie zou wel eens de redding kunnen zijn van ‘long form’ journalism. Op het web, is de strekking, lezen we geen lange verhalen meer. Veel van ons browsegedrag wordt bepaald door de omgeving waarin we verkeren. Als we op ons werk zitten, hebben we geen tijd om lang stil te staan bij de soms interessante pagina’s die we tegenkomen. We willen ze eigenlijk wel graag bewaren om ze later op ons gemak, liefst op onze tablet op de bank, nog eens door te lezen. Komt er meestal niet van, mede omdat de meeste browsers weinig andere opties bieden voor het opslaan van een stuk dan een bookmark te maken. En dat lijkt dan weer overkill.
En voila: duiken er zomaar een paar applicaties op die het bewaren van langere stukken mogelijk maken. Instapaper gebruik ik zelf met veel plezier, maar ReadItLater en Longform lijken prima alternatieven. En ik merk inderdaad dat ik er gemakkelijker toe kom om weer langere verhalen te lezen. Met mij vele miljoenen anderen, zo lijkt het.
Ben het niet eens met de bewering van Business Week dat deze applicaties de redding van de traditionele journalistiek vormen; daarvoor zijn ze natuurlijk ook helemaal niet gemaakt. Elke lang verhaal, inclusief de technische handleidingen van Matthew Weier O’Phinney, kunnen op deze manier worden opgeslagen en later worden teruggelezen.
Maar goed, misschien moet ik mijn collega’s van de geschreven pers hun schamele hoop gunnen. Per slot van rekening was dit ook de week waarin duidelijk werd dat nieuwsconsumenten in de VS inmiddels hun informatie meer van het web halen dan uit de kranten. En stond in de Volkskrant (dat dan weer wel, maar helaas niet online) dat in de afgelopen tien jaar een kwart van de Nederlandse dagbladjournalisten hun werk hebben verloren. Hun aantallen zijn gedaald van dik vierduizend naar dik drieduizend.
Ja, dan klamp je je aan elke strohalm vast…