De redding voor de kranten

Deze week bereikte mij het nieuws dat PCM, moederconcern van onder meer deze krant, besloten heeft om voorlopig niet naar de rechter te stappen om Google tot de orde te dwingen. Bestuursvoorzitter Bouwman broedt in het bredere verband van de Nederlandse dagbladuitgevers op een soort ‘laatste waarschuwing’ aan het Amerikaanse internetbedrijf: jullie begeven je op het randje van het toelaatbare, nog een stap verder en je passeert een grens die je wél voor de rechter brengt.

Het gaat om Google News, een dienst die hier al eerder is besproken. Google News struint zo’n vierhonderd Nederlandstalige nieuwssites af, filtert en categoriseert de berichten, en presenteert ze op haar eigen webportaal.

Op die manier heeft de bezoeker van de site in één oogopslag een overzicht van het laatste nieuws, zonder dat hij daarvoor allerlei verschillende sites hoeft op te zoeken.
In veel landen zijn uitgevers tegen deze praktijk in het geweer gekomen. Zij beschouwen de Google-praktijk als een vorm van diefstal: Google pronkt met andermans veren.

Ik ken niet de exacte overwegingen van PCM en uitgeversorganisatie NDP om af te zien van de rechtszaak; ik weet dus niet of er een juridische analyse aan ten grondslag ligt van de kansen op winst bij de rechter, dan wel of er meer strategische en bedrijfseconomische overwegingen een rol hebben gespeeld.

Hoe dan ook lijkt het verstandig dat PCM niet gaat investeren in het achterhoedegevecht dat een rechtszaak ongetwijfeld was geworden. Net als de meeste krantenuitgevers heeft PCM het al moeilijk genoeg in de digitale wereld: het bedrijf maakte deze week bekend dat het vorig jaar een nettoverlies leed van 51 miljoen euro. Dat is weliswaar een iets beter resultaat dan een jaar eerder, maar niet om over naar huis te schrijven.

Krantenuitgevers dienen hun energie te steken in het onderzoeken van nieuwe diensten en producten, niet in de strijd tegen bedrijven die het internet beter begrijpen dan zij.
In de Verenigde Staten is een van de grootste krantenconcerns, Knight Ridder, begonnen aan een grote uitverkoop van zijn titels. Een van de meest gerenommeerde kranten die te koop staat is de San Jose Mercury News, een merk dat bekend staat als kwaliteitskrant.

Het personeel van deze krant probeert geld bij elkaar te krijgen om zelf de exploitatie voor zijn rekening te nemen. Maar vooral interessant is de suggestie die als eerste werd gedaan door Dan Gillmor, een van de wegbereiders van de internetjournalistiek.
Een van de mogelijke financiers van de buy-out door het personeel is Ron Burkle. Deze man is ook topbestuurder bij Yahoo, dat met zijn met Google vergelijkbare nieuwsdienst bijdraagt aan de problemen van Knight Ridder. Waarom, vraagt Gillmor zich af, zou Yahoo niet een bod doen op de San Jose Mercury News.

Op het eerste zicht een bezopen plan: waarom zou een snelle groeier als Yahoo investeren in een ‘fossiel medium’ als een papieren krant? Op het tweede gezicht helemaal niet zo gek. Want de krant zelf maakt nog steeds een aardige winst, en dus zouden de Yahoo-aandeelhouders best over de streep getrokken kunnen worden. Yahoo heeft behoorlijke journalistieke ambities, zo heeft het al eerder laten merken met de ontwikkeling van nieuwe diensten, en kan goed zijn voordeel doen met de journalistieke know-how van de redactie van de Mercury News.

Yahoo’s patronage van de San Jose Mercury News zou vooral om journalistiek-inhoudelijke redenen zeer interessant kunnen zijn. Gillmor omschrijft het als een kans voor Yahoo om ‘de internationale testgrond te worden voor de transitie die zich in de krantenwereld voltrekt’.

Alle kranten hebben immers te maken met dezelfde problemen: weglopende abonnees, teruglopende advertentie-inkomsten, maatschappelijk wantrouwen. Internet en andere nieuwe media nemen traditionele rollen van de kranten over – de uitdaging voor de traditionele titels is om zich snel genoeg opnieuw uit te vinden, zonder daarbij alle traditionele journalistieke waarden overboord te gooien. De serieuze betrokkenheid en ambities van een grote partij als Yahoo kunnen daarbij zeker behulpzaam zijn.